dinsdag 26 juni 2012

H.F. Kohlbrugge, Ellende en verlossing

Geen grotere eer voor een theoloog dan dat hij omwille van zijn preken herinnerd blijft. Voor Kohlbrugge geldt dit, ook in deze serie. Van hem verschijnt er niet een van de boeken die hij schreef tijdens zijn leven, maar een bundel preken. 

Inleiding en inhoud 
Ds. L.J. Geluk heeft deze uitgave inclusief de inleiding verzorgd. Hij heeft ervoor gekozen om vooral het leven van Kohlbrugge in te leiden. We krijgen zodoende een biografische schets van Frits, zoals Geluk hem noemen mag. Zo wordt de context duidelijk van de momenten waarop Kohlbrugge deze preken hield, en daarmee het gewicht van de gehouden preken. 
Geluk heeft er allereerst voor gekozen om de preek over Rom. 7:14 op te nemen. Deze is opnieuw vertaald naar het Nederlands. Het mag niet vreemd zijn dat deze preek, die de neerslag was van Kohlbrugges tweede bekering, voorop is gezet. Tevens is er de preek die Kohlbrugge hield in Vianen, met als tekst Gen. 3. Dit was de eerste maal voor Kohlbrugge dat hij weer mocht voorgaan in een Nederlandse kerk, na jaren als het ware verbannen te zijn geweest. Ten slotte heeft Geluk er voor gekozen om veertien preken aan ons door te geven die Kohlbrugge heeft gehouden over Psalm 118 in 1858. Deze hield hij naar aanleiding van enkele zware verliezen in die tijd. Lees dan ook de volgende uitspraak: “Zo hebt u dan vernomen, mijn geliefden, deze 118e Psalm is dus niet een Psalm, die zó gezongen kan worden, dat men juichend alles als het ware wegblaast, maar een Psalm in de hoogste nood en zwaarste aanvechting.” (134) 

Ellende en verlossing? 
Een van de eeuwige thema’s in de literatuur over Kohlbrugge is zijn standpunt over de Wet. In iemands preken leer je pas echt iemand kennen, dus daarom heb ik met het oog daarop sterk gelet op dit thema. Vooral vanwege de preek die Kohlbrugge in Vianen hield. Hij was immers in bepaalde kringen omstreden door zijn vermeende standpunten over de Wet. Ik verwachtte zo enige evenwichtigheid en helderheid in zijn spreken over de Wet. 
Het lijkt er inderdaad op dat Kohlbrugge zich bewust was van zijn het feit dat zijn hoorders ook weleens erg kritisch konden zijn. In de dienst wordt het thema meerdere malen opgepakt. Aardig is dan ook dat de gehele dienst is opgetekend, inclusief liederen, zij het zonder uitgeschreven gebeden. Aan het begin van de dienst hield Kohlbrugge al een preekje, waarin we het volgende kunnen horen over de Wet. “Eerst dan wanneer het komt tot een ware bekering tot God en tot het geloof in God, houden wij Gods Wet voor Gods Wet en weten wij onszelf aan deze Wet verplicht en aan haar gebonden.” (46) Niet veel later zegt hij dat door de verkondiging en de Heilige Geest een mens alle drie de stukken leert kennen: “(…) hoe groot zijn zonde en ellende is, hoe hij van zijn zonde en ellende verlost wordt en hoe het gesteld is met het leven van het geloof en de heiliging of met de ware dankbaarheid.” (47) ‘Gesteld is’, dat klinkt natuurlijk multi-interpretabel. In de preek gaat hij hier verder op in, want Gen. 3 handelt ook over de drie stukken. 
In het zevende punt van de preek verkondigt Kohlbrugge zijn typische standpunt: “De ware heiliging, die van het geloof, die van de Geest, die van Christus en in Christus is, die buiten Christus niet kan bestaan, - een heiliging, die niet getast kan worden, die nooit binnen het bereik van het vleselijke verstand komt, wordt door het vlees verdacht gemaakt.” (103) Dit leidt echter niet tot lijdzaamheid of antinomianisme, waar velen bang voor waren. Niet veel later vervolgt Kohlbrugge met de volgende uitspraak, waar ik slechts een gedeelte van citeer. “Daarin zal zijn heiliging bestaan, dat hij Gods goede, welbehagelijke en volkomen wil volbrengt, en dit raadsbesluit is zó genomen, dat God de Heere alles onder de zonde besluit om Zijn ontferming te verheerlijken, en dat Hij de mens aan de ijdelheid en aan alle denkbare ellende onderwerpt, opdat de Zijnen geen steun of grond meer hebben in al het zichtbare en tastbare, ja niet eens in datgene wat hun door God in genade geschonken is.” (103) Hierbij is de winst het verlies aan God. 

Slotbeschouwing 
De titel geeft de inhoud van het boek goed weer. De ellende komt aan bod, vooral wanneer we de preken lezen die Kohlbrugge heeft gehouden over Psalm 118. Maar hij doet dit consequent christologisch. Ze kunnen dan ook niet anders dan uitmonden in de verlossing, die zo schittert in de preek over Rom. 7. Wie wordt hier niet tot in zijn diepste binnenste door geraakt? 

H.F. Kohlbrugge, Ellende en verlossing. Nederlands Dagblad, Barneveld 2011, 288 blz. €15,90.